De armoede in Nederland is in 2024 voor het eerst in vijf jaar weer gestegen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldde woensdag dat 551.000 mensen – 3,1 procent van de bevolking – vorig jaar in armoede leefden. De belangrijkste oorzaak: het wegvallen van de energietoeslag voor lage inkomens.
Het aantal armen nam toe van 2,7 procent in 2023 naar 3,1 procent in 2024. Daarnaast leven 1,1 miljoen mensen net boven de armoedegrens. De armoedegrens lag vorig jaar op 1.600 euro per maand voor een alleenstaande.
Werkenden grootste groep
Bijna de helft van de mensen in armoede – 48 procent – heeft een inkomen uit werk. Het Armoedefonds noemt deze stijging «geen toeval, maar het gevolg van politieke keuzes». Directeur Henk de Graaf stelt: «Zolang beleid mensen onder de armoedegrens duwt of daar laat zitten, blijft armoede een politieke keuze.»
De organisatie wijst op het ontbreken van structurele maatregelen of een vervanging voor de energietoeslag. Dit beleid duwt mensen volgens het fonds in «onzekerheid, schulden en stress».
Gezondheid en levensverwachting
De impact van armoede is groot. Bijna vier op de tien mensen in armoede beoordeelt de eigen gezondheid als slecht. Bij rijkere huishoudens is dat twee op de tien. De levensverwachting van arme mannen ligt negen jaar lager, bij vrouwen zeven jaar.
Het aantal kinderen in armoede bleef stabiel op 100.000 – 2,8 procent van alle kinderen. Een verhoging van het kindgebonden budget voorkwam een stijging.
Vooruitzichten onzeker
Het Centraal Planbureau (CPB) voorspelt dat de armoede in 2025 en 2026 daalt naar onder de 3 procent. CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen is voorzichtiger: «Het is nog een beetje koffiedik kijken. Het hangt ook af van de arbeidsmarkt.»
Over de koopkracht is Van Mulligen wel positiever: «Wat dat betreft lijkt het erop dat de koopkracht voor de meeste mensen er wel goed uitziet.»
Let op: Dit artikel is gemaakt met Kunstmatige Intelligentie (AI).
